www.flickr.com
|
Efficiënt en milieuvriendelijk tuinonderhoud
dinsdag 12 juni 2012
woensdag 6 juni 2012
Hagen
voor een groene omheining waarbinnen je
je geborgen voelt. Omdat hagen de luchtstroom
vertragen, voorkomen ze valwinden.
Die komen wel voor achter een volle muur,
en zijn onaangenaam voor jou en voor je
planten. Nee, het is veel behaaglijker achter
ook budgetvriendelijker dan een muur.
Hagen zijn heel geschikt om je tuin te
structureren. Je kan er hoekjes mee creëren,
zodat je niet meteen alles prijsgeeft.
manieren beplant of gebruikt worden. Er kan
bijvoorbeeld een moestuintje achter schuil
gaan, of een leesplekje in de avondzon.
Verrassende vormen zoals slingerende of
golvende hagen geven je tuin een speels
karakter. Hou je van fijn gesnoeide vormen,
kies dan voor kleinbladige haagplanten zoals
wachten, want deze haagplantjes groeien
langzamer dan de meeste andere haagsoorten.
Voor lage haagjes kan je ook lavendel
of tijm gebruiken. De heerlijke geur is een
extra beloning.
Hagen komen in vele maten en vormen
voor. De tuinaannemer vertelt je de voor- en
nadelen van elke haagsoort. Hij
analyseert de grondsoort, want niet alle
hagen gedijen op elke grondsoort.
andere dan weer niet. Hij kan je ook
harmonisch in jouw omgeving passen.
Van boerenerf tot kasteelpark, hagen zijn al sinds
mensenheugenis een belangrijk
mensenheugenis een belangrijk
element in elke tuin. Logisch: ze markeren de grenzen,
beschermen tegen nieuwsgierige blikken en geven stijl aan de tuin. Tussen de hagen van je tuin creëer je je eigen groene
beschermen tegen nieuwsgierige blikken en geven stijl aan de tuin. Tussen de hagen van je tuin creëer je je eigen groene
wereld. Dat verdient dus wat aandacht.
zondag 3 juni 2012
Snoeien Buxus
Momenteel is het een prima weer om Buxus te snoeien. Het is niet te warm, er is weinig zon en dus weinig risico op bladverbranding. Vooral na diep snoeien is de kans op bladverbranding zeer groot en ja, het groeit er op termijn wel weer uit, maar het is toch jammer dat die schone groene buxusplantjes er dan een paar maanden lelijk en bruin uitzien. Bij schimmelaantasting steeds met de gezonde planten beginnen en de snoeischaar regelmatig ontsmetten.
Wanneer je gesnoeid hebt is het raadzaam de planten te spuiten met EMINENT. Dit nieuwe middel werkt preventief en curatief (voorkomend en genezend). Eminent werkt zeer goed tegen beide ziekten, SPORGON kan je enkel inzetten ter bestrijding van Volutella. Voor beide ziekten is het zeer belangrijk de planten voldoende te bevochtigen om alle delen te raken. De ziektes kunnen tot diep in de plant zitten!
Wanneer je gesnoeid hebt is het raadzaam de planten te spuiten met EMINENT. Dit nieuwe middel werkt preventief en curatief (voorkomend en genezend). Eminent werkt zeer goed tegen beide ziekten, SPORGON kan je enkel inzetten ter bestrijding van Volutella. Voor beide ziekten is het zeer belangrijk de planten voldoende te bevochtigen om alle delen te raken. De ziektes kunnen tot diep in de plant zitten!
zaterdag 26 mei 2012
Planten esdoorn
Vandaag een esdoorn geplant (Acer palmatum 'Orange Dream'). Ik had in mijn tuin nog een plaatsje waar ik een solitair kon planten. Daar een esdoorn een ganse zomer mooi in blad staat heb ik voor deze plant gekozen. Belangrijk bij een esdoorn is dat deze op een goed gedraineerde grond staat en dat de grond licht zuur is. Hiervoor heb ik een zeer ruim plantgat gemaakt waar ik voldoende turf in heb ondergewerkt. Daar de plantplaats wat hoger gelegen is en de grond een goed gedraineerde zandgrond is moest ik geen extra drainage voorzien. Een onvoldoende gedraineerde standplaats zou er toekunnen leiden dat de plant in de toekomst problemen krijgt met de zo bekende verwelkingsziekte. Een goed gedraineerde grond en een licht zure plantgrond moet dit probleem voorkomen.
Snoeien van bomen en sierstruiken
Snoeien van bomen
Opbouw van de boom
Een boom bestaat uit een stam waaraan zijtakken groeien. De stam groeit harder dan de zijtakken. Aan het einde van een tak bevindt zich eindknop die meestal voor verlenging van de tak zorgt. Dit is echter niet de enige plaats waar scheuten groeien. Ook de veel lager geplaatste knoppen groeien tot scheuten uit. Omdat de groei aan de uiteinden en in verticale richting het krachtigst, ontwikkelen zich met name in de kop en aan de buitenkant van de boom de meeste scheuten (en dus twijgen en later takken).
De snoei
Bij jonge bomen wordt het teveel aan takken en twijgen vroegtijdig weggenomen, waardoor de overblijvende takken en twijgen zich normaal kunnen ontwikkelen. Gedurende de eerste jaren blijft met deze vormsnoei toepassen, er steeds voor zorgend dat de kroon zich regelmatig ontwikkelt. Daarbij moet op gelet worden dat de harttak in goede verhouding is met de overige takken. Voor de opbouw van de kroon kiest u de best geplaatste takken uit, regelmatig verspreid naar alle kanten. Van meer elkaar kruisende takken worden alle op een na verwijderd. Takken die naar het hart van de boom gericht staan, neemt u eveneens weg. U kort takken in op een naar buiten staand oog. Bij soorten die tegenoverstaande knoppen hebben, breekt u een knop weg om gaffelvorming te voorkomen. De meeste bomen mag u in het voorjaar en winter snoeien. Oude bomen worden eigenlijk alleen gesnoeid wanneer de kronen van de bomen te zwaar en te breed uitgegroeid zijn, zodat er kans op takbreuk ontstaat. Bij sommige bomen is het noodzakelijk de toptwijg in te korten omdat deze lang en slap is. U snoeit dan op een lager gelegen, goed ontwikkelde knop. Bij bomen met dikke eindknoppen wordt de toptwijg niet ingekort, bijvoorbeeld bij es, Fraxinus; trompetboom, Catalpa; paardekastanje, Aesculus en esdoorn, Acer. Bomen die op jonge leeftijd weinig scheuten vormen, worden niet gesnoeid: walnoot, Juglans; vleugelnoot, Pterocarya en hemelboom, Ailanthus. Bij de beuk Fagus moet u ervoor oppassen dat u niet teveel takken tegelijk weghaalt. De kans op "zonnebrand" is dan groot. De stam wordt plotseling blootgesteld aan de zon, de schors laat op de aangetaste plekken los, zodat weer en wind kunne inwerken op het hout. U kunt dit voorkomen door de stammen wit te kalken of met jute lappen in te pakken. Linde, Tilia, is hier ook gevoelig voor.
Snoeien - Heersters
Alle eigenschappen die we bomen toekennen, zijn ook van toepassing op heesters, zij het in geringere mate. Heesters, ook wel struiken genoemd, vormen echter geen doorgaande stam en hebben hun vertakkingen vlak boven de grond.
In onze siertuinen worden heesters vanwege hun sierwaarde (bloemen, vruchten, mooi blad) aangeplant. De manier (en de tijd) van snoeien is dan ook gericht op dit doel.
Snoeien - Coniferen
De meeste coniferen verdragen alleen maar het scheren; met een scherp mes worden in april/mei de topjes van twijg afgesneden. Doet u dit van jongs af aan, dan blijven de struiken vol en gesloten.
De levensboom, Thuja, herkenbaar aan de rechte top, en de leylandcipres, Cupressocyparis xleylandii verdragen het insnoeien beter dan de meeste andere coniferen.
De venijnbes, taxus, kunt u ongestraft tot op het bot snoeien: hij loopt altijd weer uit. de venijnbes groeit erg langzaam en is zeer giftig. De spar, Picea en Abies, mogen niet worden gesnoeid. Beperk u hierbij alleen tot het uitknijpen van dubbele toppen.
Snoeien - Voorjaarsbloeiers
Deze bloeien op het hout dat het vorig jaar (en de jaren daarvoor) is gegroeid. Na de bloei worden alle takken die gebloeid hebben, zo diep mogelijk afgesnoeid, liefst tot vlak boven de grond.
De eenjarige (onvertakte) twijgen laten we zitten. Er is maar weinig jong schot vanuit de grond ontsproten, dan worden de uitgebloeide takken tot de laagst geplaatste jonge twijgen afgeknipt. Knip oude uitgebloeide takken op èèn meter hoogte of hoger af. Dicht bij de snijwond groeit dan een hele bos nieuwe scheuten en het onderste gedeelte van de struik wordt kaal (dit is dus geen voedingsgebrek, wat vaak gedacht wordt).
Dit geldt bijvoorbeeld voor:
Alle twijgen en takken kunnen in maart/april worden ingesnoeid. Elke scheut die in het voorjaar en voorzomer gevormd wordt, kan bloeien. De struiken bloeien dus op het "jonge hout". Zo kunnen de twijgen van de vlinderstruik, Buddleja davidii, heel diep ingesnoeid worden. Hertshooi, Hypericum; spierstruik, Spiraea bumalda; en ganzerik, Potentilla zijn voorbeelden van struiken die in maart tot 10cm boven de grond worden afgeknipt.
Bij de pluimhortensia, Hydrangea paniculata, snoeien we de dikke takken diep in en worden dunne takken in het geheel verwijderd.
Perkrozen en Theehybriden moeten altijd gesnoeid worden boven laaggeplaatst oog dat naar de buitenkant van de struik is gericht. Wanneer er 3 tot 5 stevige ingesnoeide twijgen blijven staan, is dit voldoende.
Wilde scheuten en twijgen moeten zo diep mogelijk in de grond (liefst trekkend) worden weggenomen. Een uitzondering vormt de volgende heester. Van de Hydrangea macrophylla, de hortensia met de bolle, steriele bloeiwijze, wordt ieder voorjaar eenderde van de oudste takken diep weggesnoeid. Van de overgebleven takken worden de uitgebloeide bloemen laat in het voorjaar vlak boven een scherp knoppenpaar verwijderd. Deze uitgebloeide bloemen laat u zo lang aan de struik staan om de jonge scheuten te beschermen tegen vorst.
Opbouw van de boom
Een boom bestaat uit een stam waaraan zijtakken groeien. De stam groeit harder dan de zijtakken. Aan het einde van een tak bevindt zich eindknop die meestal voor verlenging van de tak zorgt. Dit is echter niet de enige plaats waar scheuten groeien. Ook de veel lager geplaatste knoppen groeien tot scheuten uit. Omdat de groei aan de uiteinden en in verticale richting het krachtigst, ontwikkelen zich met name in de kop en aan de buitenkant van de boom de meeste scheuten (en dus twijgen en later takken).
De snoei
Bij jonge bomen wordt het teveel aan takken en twijgen vroegtijdig weggenomen, waardoor de overblijvende takken en twijgen zich normaal kunnen ontwikkelen. Gedurende de eerste jaren blijft met deze vormsnoei toepassen, er steeds voor zorgend dat de kroon zich regelmatig ontwikkelt. Daarbij moet op gelet worden dat de harttak in goede verhouding is met de overige takken. Voor de opbouw van de kroon kiest u de best geplaatste takken uit, regelmatig verspreid naar alle kanten. Van meer elkaar kruisende takken worden alle op een na verwijderd. Takken die naar het hart van de boom gericht staan, neemt u eveneens weg. U kort takken in op een naar buiten staand oog. Bij soorten die tegenoverstaande knoppen hebben, breekt u een knop weg om gaffelvorming te voorkomen. De meeste bomen mag u in het voorjaar en winter snoeien. Oude bomen worden eigenlijk alleen gesnoeid wanneer de kronen van de bomen te zwaar en te breed uitgegroeid zijn, zodat er kans op takbreuk ontstaat. Bij sommige bomen is het noodzakelijk de toptwijg in te korten omdat deze lang en slap is. U snoeit dan op een lager gelegen, goed ontwikkelde knop. Bij bomen met dikke eindknoppen wordt de toptwijg niet ingekort, bijvoorbeeld bij es, Fraxinus; trompetboom, Catalpa; paardekastanje, Aesculus en esdoorn, Acer. Bomen die op jonge leeftijd weinig scheuten vormen, worden niet gesnoeid: walnoot, Juglans; vleugelnoot, Pterocarya en hemelboom, Ailanthus. Bij de beuk Fagus moet u ervoor oppassen dat u niet teveel takken tegelijk weghaalt. De kans op "zonnebrand" is dan groot. De stam wordt plotseling blootgesteld aan de zon, de schors laat op de aangetaste plekken los, zodat weer en wind kunne inwerken op het hout. U kunt dit voorkomen door de stammen wit te kalken of met jute lappen in te pakken. Linde, Tilia, is hier ook gevoelig voor.
Snoeien - Heersters
Alle eigenschappen die we bomen toekennen, zijn ook van toepassing op heesters, zij het in geringere mate. Heesters, ook wel struiken genoemd, vormen echter geen doorgaande stam en hebben hun vertakkingen vlak boven de grond.
In onze siertuinen worden heesters vanwege hun sierwaarde (bloemen, vruchten, mooi blad) aangeplant. De manier (en de tijd) van snoeien is dan ook gericht op dit doel.
Snoeien - Coniferen
De meeste coniferen verdragen alleen maar het scheren; met een scherp mes worden in april/mei de topjes van twijg afgesneden. Doet u dit van jongs af aan, dan blijven de struiken vol en gesloten.
De levensboom, Thuja, herkenbaar aan de rechte top, en de leylandcipres, Cupressocyparis xleylandii verdragen het insnoeien beter dan de meeste andere coniferen.
De venijnbes, taxus, kunt u ongestraft tot op het bot snoeien: hij loopt altijd weer uit. de venijnbes groeit erg langzaam en is zeer giftig. De spar, Picea en Abies, mogen niet worden gesnoeid. Beperk u hierbij alleen tot het uitknijpen van dubbele toppen.
Snoeien - Voorjaarsbloeiers
Deze bloeien op het hout dat het vorig jaar (en de jaren daarvoor) is gegroeid. Na de bloei worden alle takken die gebloeid hebben, zo diep mogelijk afgesnoeid, liefst tot vlak boven de grond.
De eenjarige (onvertakte) twijgen laten we zitten. Er is maar weinig jong schot vanuit de grond ontsproten, dan worden de uitgebloeide takken tot de laagst geplaatste jonge twijgen afgeknipt. Knip oude uitgebloeide takken op èèn meter hoogte of hoger af. Dicht bij de snijwond groeit dan een hele bos nieuwe scheuten en het onderste gedeelte van de struik wordt kaal (dit is dus geen voedingsgebrek, wat vaak gedacht wordt).
Dit geldt bijvoorbeeld voor:
- Philadelphus, Jasmijn
- Kerria, Ranonkelstruik
- Spiraea thunbergii
- Spiraea arguta, Spierstruik
- Ribes-soorten, Sierbes
- Tamarix tetrandra, Tamarisk
- Forsythia, Chinees klokje
Alle twijgen en takken kunnen in maart/april worden ingesnoeid. Elke scheut die in het voorjaar en voorzomer gevormd wordt, kan bloeien. De struiken bloeien dus op het "jonge hout". Zo kunnen de twijgen van de vlinderstruik, Buddleja davidii, heel diep ingesnoeid worden. Hertshooi, Hypericum; spierstruik, Spiraea bumalda; en ganzerik, Potentilla zijn voorbeelden van struiken die in maart tot 10cm boven de grond worden afgeknipt.
Bij de pluimhortensia, Hydrangea paniculata, snoeien we de dikke takken diep in en worden dunne takken in het geheel verwijderd.
Perkrozen en Theehybriden moeten altijd gesnoeid worden boven laaggeplaatst oog dat naar de buitenkant van de struik is gericht. Wanneer er 3 tot 5 stevige ingesnoeide twijgen blijven staan, is dit voldoende.
Wilde scheuten en twijgen moeten zo diep mogelijk in de grond (liefst trekkend) worden weggenomen. Een uitzondering vormt de volgende heester. Van de Hydrangea macrophylla, de hortensia met de bolle, steriele bloeiwijze, wordt ieder voorjaar eenderde van de oudste takken diep weggesnoeid. Van de overgebleven takken worden de uitgebloeide bloemen laat in het voorjaar vlak boven een scherp knoppenpaar verwijderd. Deze uitgebloeide bloemen laat u zo lang aan de struik staan om de jonge scheuten te beschermen tegen vorst.
donderdag 24 mei 2012
Onkruidbestrijding in gazon
Onkruiden in gazons.
Deze morgen de onkruiden in mijn gazon doodgespoten. Ik heb wel 5 dagen niet gemaaid zodat de onkruiden goed in de groei zijn. De weersomstandigheden zijn ideaal (niet te koud, niet te warm en het blijft nog een tijdje droog). Hiervoor gebruik ik primstar aan 10 ml/10 liter water voor 100 m². Dit is een breedwerkende systemische selectieve herbicide die alleen de onkruiden dood. Het gazon heeft hier geen hinder van. Om de milieulast te beperken wordt er ook alleen maar op plaatsen waar onkruiden staan gespoten. Nu nog een week wachten alvorens te maaien zodat de onkruiden goed dood gegroeid zijn.
Abonneren op:
Posts (Atom)